Ingrediënten

Bereiding

• Meng alle ingrediënten voor het deeg in een schaal totdat het deeg glad is en er ook geen stukjes boter meer te zien zijn
• Vorm het deeg tot een bal en pak vervolgens in vetvrij papier
• Leg het deeg een uur in de koelkast
• Was ondertussen de kersen, verwijder de steeltjes en ontpit de kersen met een kersenontpitter
• Indien je geen kersenontpitter hebt kan je de kersen opensnijden en de pit met de vingers verwijderen
• Verwarm de kersen met de suiker en het kruidnagelpoeder
• Laat de kersen 15-20 minuten op een laag vuur, zonder deksel, pruttelen totdat het kookvocht stroperig wordt
• Roer af en toe door zodat de kersen niet aanbranden
• Haal de kersen van het vuur
• Boen de citroen schoon onder de hete kraan en droog af
• Rasp de gele schil van de citroen en roer door de kersen
• Verwarm de oven voor op 180°C
• Haal het deeg uit de koelkast en kneed tweederde van het deeg tot een bal
• Plaats een groot stuk plastfolie op het aanrecht, plaats daar de deegbal bovenop
• Dek af met een stuk folie en rol het deeg rond en dun uit met een deegroller totdat het iets groter is dan de taartvorm
• Verwijder de bovenste laag folie van het deeg
• Leg het deeg met de folievrije kant naar onderen in de taartvorm
• Verwijder de andere laag folie
• Druk het deeg goed in de vorm en boetseer een twee centimeter hoge rand
• Prik de bodem van de taart enkele keren met een vork in
• Verdeel de kersencompote gelijkmatig over de bodem van de taart
• Rol de rest van het deeg op wat bloem uit en snijd in stroken
• Plaats de stroken, twee centimeter van elkaar, bovenop de kersencompote
• Draai de taartvorm een kwartslag en plaats nog een laag deegstroken, zodat er een ruit patroon ontstaat
• Mix de eidooier en de melk en bestrijk hiermee de deegstroken
• Bak de taart in het midden van de oven in ongeveer 45 minuten totdat hij knapperig is
• Buiten de oven tien minuten in de vorm laten staan en dan op een taartrooster laten afkoelen

Bron: Big Book of Basics - Cornelia Schinharl & Sebastian Dickhaut